Al drie keer kreeg zanger, presentator en producent Bastiaan Ragas te maken met de dood van een naaste: als tiener verloor hij zijn beste vriend Joris, vijftien jaar geleden plotseling zijn broer Roef en vorig jaar zijn zwager Jan Pieter. Bij de drie zéér verschillende uitvaarten kreeg Bastiaan telkens een heel andere rol.
Bastiaan Ragas (50) werd al jong van dichtbij geconfronteerd met de dood toen hij als tiener zijn beste vriend verloor. “Kort na de middelbare school overleed Joris – aan botkanker met uitzaaiingen. Joris was negentien toen hij zijn diagnose kreeg, ik een jaar ouder. Hij wist dus dat het einde naderde en heeft zijn eigen afscheid helemaal geregisseerd. Het was een heel intelligente jongen. Tot het eind van zijn leven heeft hij geprobeerd alles in de hand te houden, tot en met de muziek bij zijn uitvaart.”
Persoonlijke uitvaart
Al voor zijn dood betrok Joris Bastiaan bij zijn afscheid. “Al zijn vrienden heeft hij een brief geschreven. Die dicteerde hij aan mij en ik typte ze uit, want hij was toen al terminaal en kon het zelf niet meer. Ook maakte hij een hele playlist voor in de kerk. Uiteindelijk droegen we hem de kerk uit op de muziek van Jimi Hendrix, All Along the Watchtower. Dat had precies zijn eigen toon: Joris was zelf een goede gitarist en speelde in ons bandje.”
Joris stelde de dienst voor zijn uitvaart zelf samen; Bastiaan meent zich te herinneren dat hij zelfs bepaalde wie daar mochten spreken. “Maar dat weet ik niet meer precies, het is dertig jaar geleden. Wel weet ik dat we vooraf grappen maakten over koffie en cake, wat er vooral níet moest zijn. Ik kan me verder alleen herinneren dat die hele dag precies voelde zoals Joris was. Maar natuurlijk was er ook veel boosheid en verdriet; zo jong sterven is onbegrijpelijk.”
Een onverwachte dood
Datzelfde gevoel overheerste toen Bastiaans broer, acteur Roef Ragas, plotseling overleed op zijn 42ste. Hij liet zijn vrouw en twee kinderen achter. Of Roef zijn wensen voor zijn dood weleens kenbaar had gemaakt, weet Bastiaan niet zeker. “Maar hij was heel uitgesproken in zijn smaak, hij was intellectueel én cultureel geïnteresseerd. Bij zijn afscheid hebben mensen gesproken die hem goed kenden en werd muziek gedraaid die bij hem paste. Ik denk weleens dat een uitvaart een soort verjaardagsfeestje zou moeten zijn voor iemand die er niet meer bij is. Maar een feestje werd het niet, daarvoor was iedereen te veel in shock en te verdrietig. We waren er kapot van.”
Uitvaart in de kerk
Roefs afscheid vond plaats in de Amsterdamse Obrechtkerk. Bastiaan: “Daar hingen mooie grote foto’s van hem. Zelf vond ik dat fijn; het maakte het persoonlijk - als mensen nooit eerder in zo’n kerk zijn geweest, kan dat een rare ruimte zijn waar je niks mee hebt. Na de dienst voeren we met de kist op een rondvaartboot door Amsterdam naar begraafplaats Zorgvlied aan de Amstel. Daar is Roef begraven. Omdat hij bekend was, net als zijn vrouw, mijn vrouw en ik, kan dat ingewikkeld zijn. We hebben van tevoren een goed gesprek gehad met de roddelpers om het afscheid normaal en met de pers op afstand te laten verlopen. Daar heeft iedereen zich toen gelukkig ook goed aan gehouden.”
Begraven of…
Zijn broer Roef is begraven, wat voor Bastiaan zelf niet per se hoeft. “Als de nabestaanden het fijn vinden dat er een graf is, moet je dat regelen natuurlijk. Alleen komt het op mij altijd wat raar over als mensen zeggen: ‘Daar ligt hij of zij begraven’. Nee, daar ligt het lichaam begraven, maar dat is diegene natuurlijk niet meer. Ik hoef zelf ook niet begraven te worden, ik heb er niks mee.” Vroeger was dat anders, grinnikt hij opeens. “Toen ik nog op de middelbare school zat, wilde ik een heel mausoleum. Ik was in shock toen ik hoorde dat graven in Nederland geruimd worden na twintig jaar! In Amerika ben ik naar veel begraafplaatsen geweest met van die mausoleums en familiegraven van driehonderd jaar oud. Dat kan hier misschien ook wel zolang je betaalt, maar ik vind het inmiddels een hoop gedoe. Als ik een landgoed had, zou ik daar wel begraven willen worden. Dan ben je verbonden met de grond waarop je leefde. Maar om nou ergens op een opgespoten stuk grond langs de snelweg te liggen, waar ik zelf nooit ben geweest, hutjemutje naast anderen, terwijl er geen plek of geld is voor een grote boom of mooie bank… Nee, dank je wel.”
Afscheid voor de nabestaanden
Hoewel hij zich driekwart niet meer herinnert van Roefs uitvaart omdat diens dood zo traumatisch was, zijn er voor Bastiaan achteraf geen zaken die anders hadden gemoeten. Wensen laten vastleggen, zodat de nabestaanden weten wat de overledene had gewild, vindt hij niet zo belangrijk. “Ik ben van mening dat het sowieso goed is wat je als nabestaande doet, zolang je er zelf een goed gevoel bij hebt. De overledene is er namelijk niet meer bij. Ik zou met dit verhaal mensen willen helpen om niet te streng te zijn voor zichzelf. Je hoort soms verhalen als ‘Ik heb sinds de uitvaart van onze vader ruzie met mijn zus, want zo had papa het nooit gewild.’ Daar gaat het volgens mij niet om. Papa is er niet meer, alleen nog in de herinneringen en de gesprekken die je over hem hebt. Zo’n afscheid moet je echt voor jezelf doen.”
Troostrijk afscheid
Bastiaan bedoelt beslist niet dat zijn eigen uitvaart hem niet kan schelen. “Dat kan het me juist wél; ik wil dat het iets wordt waaruit mijn vrouw, kinderen en beste vrienden hoop, plezier en troost halen. Maar over het hóe heb ik zelf geen specifieke ideeën, dat laat ik aan hen. Dat is de enige ‘wens’ die mijn vrouw en ik samen hebben besproken, hoewel ze wel weet dat ik niks geef om begraven worden en zeker geen graf wil met zo’n lelijke, glimmende marmeren plaat erop. En dat weet ik ook van haar, dat hebben we weleens besproken ja, maar minimaal. Want ik vind dus echt dat daar te veel aandacht aan wordt besteed. Ik wil niet dat mijn kinderen worstelen met de vraag: hoe zou papa het gewild hebben? Papa wilde vooral dat jullie er troost uit halen. Als dat is met slappe koffie, cake en een mahoniehouten kist met bronzen handgrepen, moeten jullie dat vooral doen.”
Alhoewel… Eén wens heeft hij toch wel: muziek. “Gentle on my Mind, van Elvis Presley. Dat is zo'n mooi nummer; het gaat over iemand die door een Amerikaans landschap rijdt. Er spreekt romantiek, levensvreugde en plezier in reizen uit, en dat is precies hoe ik ben. Ik zou het fijn vinden als mijn nabestaanden daar troost in kunnen vinden.”
Verhalen van de neefjes en nichtjes
Vorig jaar maakte Bastiaan een derde afscheid mee van heel dichtbij, met het overlijden van Jan Pieter, de broer van zijn echtgenote Tooske. Of hij laatste wensen had gedeeld, weet Bastiaan niet zeker, maar sowieso lag dat ingewikkeld: “Hij had het syndroom van Down en Alzheimer. De dienst was mooi, heel persoonlijk, ook met input van de kinderen om hem heen. JP hield van een gouden krul en een beetje decor, maar het afscheid ging vooral om troost bieden aan zijn ouders, broer, zus en alle neefjes en nichtjes die hun grote lieve oom kwijt waren. Zij hebben allemaal hun verhaal verteld, heel ontroerend.”
Tips van Bastiaan
Tijdens al deze uitvaarten heeft Bastiaan zelf gesproken. “Zo’n speech moet leuk zijn voor alle aanwezigen en vooral niet lang; een te lang en therapeutisch verhaal is vreselijk. Natuurlijk; wat je maar wilt vertellen is goed, zolang het maar niet te veel over jou gaat, denk ik altijd. En het moet er niet op de eerste plaats om gaan dat iemand dood is, maar juist om het leven dat hij heeft geleid. Vertel liever iets te weinig dan te veel, denk ik ook. Het is prettig als je iemand kan schetsen en dat iedereen ook een beetje kan lachen. Dus ja, je kunt best een grap maken, zijn woorden gebruiken en zelfs lachen om hoe stom en irritant hij soms kon zijn. Laten we vooral lachen - ook om niet alleen maar te huilen. Dát vind ik ook belangrijk in de rouwverwerking: dat je met elkaar praat over iemand en hoe jij je hem of haar herinnert. Door te praten over iemand alsof hij er nog is, houd je hem in je hoofd en in je hart.”
Comments